Het uitgangspunt is dat er zo weinig mogelijk wisselwerking is tussen het prijsplafond en de salderingsregeling. De 2.900 kWh stroom van het prijsplafond is daarom op basis van het netto verbruik. Als je via je zonnepanelen stroom teruglevert, wordt er dus eerst gesaldeerd.
Let op: Heb je in 2023 nog een energiecontract met vaste prijzen die lager zijn dan de prijsplafondprijzen? Dan betaal je gewoon jouw lagere contractprijs voor je energieverbruik en betaal je nog minder dan de prijsplafondprijzen.
De periodes waarbinnen we de saldering toepassen zijn gelijk aan de periodes waarin we het prijsplafond toepassen bij het opstellen van je jaarnota. Zowel op je jaarnota van 2023 als die van 2024 heeft dit impact. Op deze pagina leggen we je alles uit over teruglevering en salderen.
Voorbeeldsituaties
Situatie 1.
Als je in de periode van 1 januari 2023 tot je jaarnota op 1 juni 2023 1.000 kWh teruglevert en 1.500 kWh verbruikt, dan is de netto afname 500 kWh. De verbruiksgrens van het prijsplafond vanaf 1 januari tot en met 31 mei is in totaal 1.275 kWh. Je netto afname valt daarmee volledig binnen het prijsplafond.
Situatie 2:
Als je in de periode van 1 januari 2023 tot je jaarnota op 1 juni 2023 2000 kWh teruglevert en 1.500 kWh verbruikt, is er sprake is van 500 kWh netto teruglevering en is het prijsplafond niet van toepassing.
Situatie 3:
Als je in de periode van 1 januari 2023 tot je jaarnota op 1 juni 2023 1.000 kWh teruglevert en 3.000 kWh verbruikt, dan is je netto afname 2.000 kWh en valt er 1.275 kWh binnen de verbruiksgrens van het prijsplafond voor die periode. Hiervoor betaal je 1,275 kWh * 0,40 euro = 510 euro. Voor de overige 725 kWh (2.000 – 1.275 kWh) betaal je de prijs van je contract.